Groenten uit Balen van Walter Van den Broeck
Over het stuk:
Groenten uit Balen is een begrip in Vlaanderen. Het toneelstuk is geïnspireerd op een negen weken durende staking in 1971. De arbeiders die werkten bij Vieille Montagne in Balen, in de Belgische Kempen, legden het werk meer. Van den Broeck geeft het relaas van die staking aan de hand van de belevenissen van een van de stakersgezinnen in de cité. De geschetste situaties en de dialogen hebben een onweerstaanbaar komisch effect, terwijl Van den Broeck er tegelijkertijd in slaagt het sociale bewustzijn van de toeschouwers of lezers wakker te schudden. Groenten uit Balen werd voor het eerst opgevoerd in 1972 in het 'Volkshuis' te Balen.
Over de auteur: Walter van den Broeck
Walter van den Broeck (°1941) is één van Vlaanderens meest gerenommeerde roman- en toneelauteurs. Hij debuteerde eind jaren '60 met een verhaal vol zwarte humor "De troonopvolger" en een groteske roman met vrij milde kritiek op actuele misstanden "Lang weekend". Hij scherpte zijn satirisch talent verder aan in experimenteel proza. In "Aantekeningen van een stambewaarder" (1977) trachtte hij het familiale verleden te reconstrueren en doorbrak hij de traditionele voorstelling van het Kempense leefmilieu.
Grote bijval oogstte zijn toneelstuk "Groenten uit Balen" (1972) dat, spelend tegen de achtergrond van een staking in een Balens bedrijf, de humor als efficiënt kritisch wapen weet te gebruiken. Het vervolg, "Tien jaar later: 't Jaar 10!" (1982), riep op tot een hernieuwd solidariteitsgevoel onder de arbeiders. Vooral uit zijn toneelwerk (waarvoor hij in 1982 de Driejaarlijkse Staatsprijs voor Toneel ontving) blijkt een grote sociale bekommernis, waarbij ironie en satire voor een relativerende en humoristische ondertoon blijven zorgen. Voorbeelden daarvan zijn "De rekening van het kind" (1973) over wantoestanden in het onderwijs; "Een andere Vermeer" (1974), over de machtsverhouding tussen werkgever en werknemer; "Greenwich" (1974), over frustraties en de bewustwording van een arbeidersgezin; "Tot nut van 't algemeen" (1980), over de verdrukking door sociale en politieke structuren.
Met "Brief aan Boudewijn" (1980) verwerft Van den Broeck ook als prozaschrijver bekendheid bij een breed publiek. In dit teder-satirische boek voert de schrijver de Belgische vorst door de 'cité' van Olen en toont hem de tegenstelling tussen de werkelijkheid en de (misleidende) voorstelling die daar meestal van wordt gegeven. Voor "Brief aan Boudewijn" ontving Van den Broeck de Henriëtte Roland Holstprijs 1982. In 1985 verscheen het vervolg, "Het beleg van Laken", een complex boek vol literaire verwijzingen, niet alleen naar de wereldliteratuur (Dante, Boccaccio, Kafka), maar ook naar allerlei triviale teksten, en opgebouwd volgens een ingenieuze structuur. De auteur gaat na wie en wat hem cultureel heeft bepaald en tracht de vraag naar de zin van het schrijven te beantwoorden. Het antwoord werd gegeven in de vervolgdelen "Gek leven na het bal" (1990), "Het gevallen baken" (1991) en "Het leven na beklag" (1992). Hij werd er in 1993 voor bekroond met de Driejaarlijkse Prijs van de Vlaamse Gemeenschap voor proza.Ondertussen speelde Luc Philips met groot succes zijn theatermonoloog "De tuinman van de koning" en werd zijn tot monoloog bewerkte novelle "Amanda", gespeeld door Ingeborg Elsevier, in Nederland bekroond met de Gouden Gids Publieksprijs 1996-1997. "De Ronde van Vlaanderen" sluit thematisch duidelijk aan bij zijn vroeger werk en werd geschreven in opdracht van toneelgezelschap 'Het Gevolg'.
Grote bijval oogstte zijn toneelstuk "Groenten uit Balen" (1972) dat, spelend tegen de achtergrond van een staking in een Balens bedrijf, de humor als efficiënt kritisch wapen weet te gebruiken. Het vervolg, "Tien jaar later: 't Jaar 10!" (1982), riep op tot een hernieuwd solidariteitsgevoel onder de arbeiders. Vooral uit zijn toneelwerk (waarvoor hij in 1982 de Driejaarlijkse Staatsprijs voor Toneel ontving) blijkt een grote sociale bekommernis, waarbij ironie en satire voor een relativerende en humoristische ondertoon blijven zorgen. Voorbeelden daarvan zijn "De rekening van het kind" (1973) over wantoestanden in het onderwijs; "Een andere Vermeer" (1974), over de machtsverhouding tussen werkgever en werknemer; "Greenwich" (1974), over frustraties en de bewustwording van een arbeidersgezin; "Tot nut van 't algemeen" (1980), over de verdrukking door sociale en politieke structuren.
Met "Brief aan Boudewijn" (1980) verwerft Van den Broeck ook als prozaschrijver bekendheid bij een breed publiek. In dit teder-satirische boek voert de schrijver de Belgische vorst door de 'cité' van Olen en toont hem de tegenstelling tussen de werkelijkheid en de (misleidende) voorstelling die daar meestal van wordt gegeven. Voor "Brief aan Boudewijn" ontving Van den Broeck de Henriëtte Roland Holstprijs 1982. In 1985 verscheen het vervolg, "Het beleg van Laken", een complex boek vol literaire verwijzingen, niet alleen naar de wereldliteratuur (Dante, Boccaccio, Kafka), maar ook naar allerlei triviale teksten, en opgebouwd volgens een ingenieuze structuur. De auteur gaat na wie en wat hem cultureel heeft bepaald en tracht de vraag naar de zin van het schrijven te beantwoorden. Het antwoord werd gegeven in de vervolgdelen "Gek leven na het bal" (1990), "Het gevallen baken" (1991) en "Het leven na beklag" (1992). Hij werd er in 1993 voor bekroond met de Driejaarlijkse Prijs van de Vlaamse Gemeenschap voor proza.Ondertussen speelde Luc Philips met groot succes zijn theatermonoloog "De tuinman van de koning" en werd zijn tot monoloog bewerkte novelle "Amanda", gespeeld door Ingeborg Elsevier, in Nederland bekroond met de Gouden Gids Publieksprijs 1996-1997. "De Ronde van Vlaanderen" sluit thematisch duidelijk aan bij zijn vroeger werk en werd geschreven in opdracht van toneelgezelschap 'Het Gevolg'.
(bron: Encarta(R) 99 Encyclopedie Winkler Prins Editie)
In een regie van Luk Vernimmen
Data
- Gala
- 10-03-2006 om 20u00
- 11-03-2006 om 20u00
- 12-03-2006 om 20u00
- Voorstelling
- 17-03-2006 om 20u00
- 18-03-2006 om 20u00
- 19-03-2006 om 16u00